Geplaatst op 23 augustus 2015
Hoe stabiel is jouw bloedsuikerspiegel?
(Blog Eat Pure Love)
Kun jij makkelijk een maaltijd overslaan?
Of ben je iemand die elke paar uur iets moet eten en anders trillerig, zweterig , duizelig wordt of hoofdpijn krijgt?
Ik behoorde jarenlang tot die laatste groep. Altijd had ik iets te eten bij me om maar te voorkomen dat ik zo’n ‘hongerklop’ zou krijgen.
Jarenlang dacht ik dat dat normaal was. Iets wat er bij, of in ieder geval bij mij, hoorde.
Als fanatieke sporter werd mij altijd verteld dat ik vaak, veel en vooral veel koolhydraten moest eten.
Dus at ik minimaal zes keer op een dag: onbijt; tussendoortje; lunch; nog een tussendoortje; avondeten en een avondsnack. Ik at vaak en veel geraffineerde koolhydraten: brood; pasta; ‘gezonde’ koeken, repen en nog meer brood.
Een maaltijd of tussendoortje overslaan? No Way! Dan ging ik trillen, zweten, beven en MOEST ik weer iets eten. Maar ja; ik sportte nou eenmaal veel. Logisch toch dat ik de hele dag honger had en de hele dag door aan het eten was?
Tot ik uiteindelijk meer leerde over insulineresistentie en er achter kwam dat ik insuline ongevoelig was geworden. Wel heel logisch, maar niet zo normaal dus!
Producten met geraffineerde koolhydraten zoals pasta, brood, koek (ja; ook de zogenaamde ‘gezonde’ koeken), frisdrank, sportdrankjes, etc zorgen door de vele suikers die daar in zitten voor een snelle stijging van je bloedsuikerspiegel.
Als er glucose je lichaam binnenkomt maakt je alvleesklier het hormoon insuline aan. Die insuline zorgt ervoor dat de suikermoleculen uit je bloedbaan weggewerkt worden (je bloedsuikerspiegel daalt weer) en naar de lichaamscellen getransporteerd worden.
Bij de cellen aangekomen zorgt de glucose voor het aanmaken van energie in de cellen.
Maar als er steeds weer opnieuw veel aanvoer van glucose is en alle voorraden zitten vol dan sluiten de cellen op een gegeven moment hun ‘deuren’.
Stel: je huis loopt vol met gasten en er kan niemand meer bij. Elke keer kloppen er weer nieuwe gasten bij je aan. Op een gegeven moment doe je de deuren dicht ; je doet niet meer open en na een tijdje hoor je ook het aankloppen niet meer.
Hetzelfde gebeurt bij je cellen: ze worden als het ware ‘doof’ voor het vele aankloppen van de insuline en doen niet meer open. Ze worden ‘insuline-ongevoelig’.
Dit heeft verschillende gevolgen. Een teveel aan insuline wordt door het lichaam opgeslagen als vet en kan dus van invloed zijn op je gewicht.
Ook is het van invloed op je energiehuishouding. Wanneer de glucose niet goed meer in je cellen kan komen doordat ze insuline ongevoelig zijn geworden heb je een probleem met het aanmaken van energie in verschillende cellen.
Om dit allemaal te voorkomen is het belangrijk om te zorgen voor een stabiele bloedsuikerspiegel. Maar hoe doe je dat?
- Zorg voor zoveel mogelijk ‘laag glycemische’ voeding; voeding die je bloedsuikerspiegel niet zo snel en veel laten stijgen. Voorbeelden daarvan zijn groenten, rauwkost, eieren, vis, schaal-en schelpdieren en gevogelte.
- Wanneer je voeding eet met een hoge glycemische lading zoals pasta of brood, voeg dan eiwitrijke voedingsmiddelen en gezonde vetten toe; dit zorgt dat je bloedsuikerspiegel niet zo snel stijgt. Als je een broodje eet en je belegt deze met avocado, gerookte zalm en een gekookt ei dan houd je je bloedsuikerspiegel veel stabieler. Bovendien is dat ook veel lekkerder dan alleen wat kaas of jam, toch?
- Eet niet de hele dag door kleine maaltijden. Eet liever 3 goede, verzadigende maaltijden en dan weer een paar uur niks. Het verhaal van veel kleine maaltijden op een dag om je bloedsuikerspiegel stabiel te houden is al lang achterhaald en onzin. Het enige wat je dan doet is hem ‘stabiel schommelend’ houden. Want elke keer dat je iets eet of drinkt waar calorieën in zitten word er weer insuline aangemaakt.
Een optimale gezondheid en een gezond gewicht begint bij een stabiele bloedsuikerspiegel.